Kruis aan welk woord niet in het rijtje thuishoort:
O Londen O Parijs O Dublin O Den Haag O Wenen
Op het aanrecht lag een werkblad van mijn zoon, met daarop de bovenstaande opdracht. Hij had keurig Den Haag aangekruist - de hoofdstad van Nederland is immers Amsterdam. Hij was er niet ingetrapt.
Of toch?
Kruis het juiste hokje aan - we leren kinderen al jong om in hokjes te denken. We testen ze op hun kennis van wat wel en wat niet hoort dat gieten we er met de paplepel in. Er is maar één goed antwoord.
In-the-box denken is dat eigenlijk. We leren ze denken in het voor waar aangenomen, maatschappelijk geaccepteerde, correcte frame. En daar werd ik een beetje verdrietig van. En opstandig.
Want wie bepaalt eigenlijk wat het juiste hokje is? En waarom zou je niet ook gewoon Wenen kunnen aankruisen? Dat is immers een werkwoord, en de andere vier niet. Of Parijs want dat is de enige plek waar de Eiffeltoren staat.
Het mooie aan kinderen is juist hun natuurlijke out-of-the-box kwaliteit. Ze zitten nog niet zo vast in hoe het hoort. En precies dat maakt dat ze groeien. En ontdekken. Niet belemmerd door conventies. Ze maken combinaties waar wij als volwassenen niet meer aan denken.
Symphony, noemt Daniel Pink die kwaliteit in zijn boek A whole new mind. Dingen aan elkaar verbinden die ogenschijnlijk niets met elkaar te maken hebben. Patronen zien, onverwachte verbanden leggen. Symphony is essentieel om tot vernieuwing te komen en dat is anno nu keihard nodig, zegt hij. In organisaties, en in de samenleving. Want ook daar zijn we teveel in hokjes, structuren en kaders gaan denken.
Symphony. Het is niet alleen nodig, het is ook gewoon leuk. Het doet een appèl op verwondering en onbevangenheid, op fantasie en verbeelding. Het is denken in mogelijkheden, in wat zou kunnen, in plaats van in beperkingen en grenzen. In mijn trainingen, lezingen en promotieonderzoek richt ik me bewust op het eerherstel van deze kwaliteiten. Geïnspireerd door spontane staaltjes symphony in het dagelijks leven.
Zo kwam er een tijdje geleden een vriendinnetje van mijn zoon spelen. Ze bracht een zakje zure matten mee. Tijdens de lunch ontstond er een prachtig staaltje symphony. De zure matten leken namelijk verdomd veel op plakken kaas. Dus waarom geen tosti met zure matten? Het bleek nog te werken ook. Een tosti met gifgroene, gesmolten zure matten. De kinderen vonden het geweldig. Ik vond het ronduit smerig. Maar daar ging het niet om.
Symphony. Gun het jezelf eens. En ontdek wat er allemaal nog méér mogelijk is.
Wat eet jij op je tosti deze zomer?
Jacky van de Goor werkt als trainer, organisatieadviseur, onderzoeker en auteur aan vitale organisaties. Meer informatie op www.legende-advies.nl
Deze blog is recent verschenen als onderdeel van de zomercampagne van Schouten & Nelissen.