Mijn dochter had de befaamde peuterpuberteit bereikt. At ze tot voor kort alles mee, nu had ze ontdekt dat eten ook geweigerd kon worden. En ik wilde hierover niet met haar in een strijd verwikkeld raken.
Binnen onze familie is de maaltijd ook een sociale gebeurtenis, we vinden het heerlijk om te koken, te genieten van het eten en het samenzijn. Als ik mijn dochter zou dwingen, zou eten niet meer gezellig zijn, maar gelijk staan aan strijd. Ik besloot het over een andere boeg te gooien: ze hoefde niet te eten als ze niet wilde. Sterker nog, ik heb de focus verbreed naar eten doe je met elkaar. Als ze niet wilde eten, hoefde ze niet mee te doen.
Mijn dochter is een gezelligheidsdier en kwam wel regelmatig bij de tafel staan, maar dan zei ik tegen haar: Je hoeft niet te eten, lieverd. Ga maar lekker spelen, als we klaar zijn, komen we bij je. Ik ga nu verder eten met pappa. Bij de tussendoortjes sloegen we haar over en zeiden zorgzaam: Jij hoeft niet, hoor. Het moest háár beslissing zijn om weer te eten.
Ik besloot nog een stapje verder te gaan. s Ochtends maakte ik voor mezelf ontbijt klaar, en zonder wat te zeggen of te vragen ging ik aan tafel zitten. Hierop liep ze naar me toe en vroeg of zij ook mocht mee-eten. Ik reageerde met: Gezellig! en maakte een boterham klaar.
Vanaf dat moment heeft ze geen maaltijd meer overgeslagen en haar lust tot nieuwe dingen proeven heeft ze behouden. Inmiddels is ze negen jaar en helpt ze me met koken.
Dorotheé Beens
19 september 2011
Lastige kinderen, heb jij even geluk, A.W. Bruna Uitgeverij, pag. 257