Met Erna had ik al meerdere gesprekken gevoerd. Haar dochtertje Tamara had het syndroom van Down en als school deden we er alles aan om het meisje binnenboord te houden. De ouders waren daar overigens ook vrij duidelijk in. Het leek wel alsof ze alles in het werk stelden om maar te doen alsof hun dochter `normaal` was.
Elke voorzichtige poging om de problematische kant van het gedrag van Tamara bespreekbaar te maken (zo was ze nogal agressief en beet ze nog wel eens andere kinderen), stuitte met name bij moeder op een muur van onbegrip en verborgen woede. Moeder had zogezegd een kort lontje. Je haalde het niet in je hoofd deze vrouw tegen het hoofd te stoten.
Nadat Tamara op een dag weer een ander kind veel te heftig had omgeduwd, besefte ik: dit gaat niet langer. Ik vroeg of Erna na school met me wilde praten en ik was zeer gespannen voor het gesprek.
Erna kwam binnen met een blik vol wantrouwen. "Je wilde me spreken?" Ik haalde adem en besloot zonder enige aarzeling open en eerlijk te antwoorden. "Erna, ik heb slecht nieuws voor je. Het gaat niet langer. Eke keer als ik jou zie, besef ik hoe je als moeder alles doet om Tamara hier te laten slagen, en ik heb je daarbij willen helpen. Maar nu moet ik zeggen dat ik er te lang, en eigenlijk al een tijdje tegen beter weten in, mee ben doorgegaan. Ik vind het vreselijk om te moeten zeggen, maar als ik kijk naar Tamara zie ik geen gelukkig kind. En ik ben er van overtuigd dat ze het op deze school ook niet zal worden."
Erna zweeg. Op dat moment zag ik dat haar hoop op een `normaal` leven van haar dochter definitief verloor. Tamara was jaren geleden als meisje met het syndroom van Down geboren, maar ik realiseerde me dat moeder dat eigenlijk pas nu echt, in al zijn consequenties, onder ogen kon zien. Haar dochter zou nooit het leven krijgen dat zij haar als moeder zo vurig toewenste. Erna begon te huilen en bleef huilen. Ze kon niet meer ophouden. Achter al die jaren strijd en woede zat een groot verdriet. Ik nam haar in mijn armen en zo hebben we een paar minuten gezeten. Daarna veegde ze haar tranen af en bedankte ze me voor mijn eerlijkheid.
Leerkracht primair onderwijs
Ja, maar ik ben wel leraar