Ik liep stage en was diep ongelukkig. De relatie met mijn begeleidster was moeizaam, mijn directe baas was aardig, maar zei bijna alleen maar wat niet deugde, het werk was me eigenlijk nét iets te veel, maar dat zeggen staat niet goed op je beoordeling, dus dat hield ik voor me. Ik had, kortom, het gevoel het nooit goed (genoeg) te doen en smachtte naar een schouderklopje of compliment.
Op een dag zat ik in de trein en las op een reclamebord: `Ik ben oke, jij bent een sukkel.` In eerste instantie dacht ik: `Hehe, eindelijk iemand die het bevestigt! Het ligt niet aan mij, zij zijn gewoon sukkels.` Maar ja, op hetzelfde moment besefte ik, dat juist het omgekeerde waarschijnlijk het geval was. En dus besloot ik het om te denken: `Ik ben de sukkel ben, zij zijn oké.’’
Welke consequentie verbond ik aan deze omkering? Dat ik alles, maar dan ook werkelijk alles wat ze me zouden vragen met 100% overgave en overuiging zou doen. Wat ik er ook van zou vinden. Zo gezegd, zo gedaan. Vanaf dat moment bracht ik het zeg-overal-ja-op-principe uit. Hersens uit, en gaan. Man, wat een heerlijk principe! Het werkte als een trein. Waarom? Als ik overal ‘ja’ op zeg, heb ik het veel te druk om me nog bezig te houden met allerlei vervelende bijgedachten, zoals de vraag of ik wel genoeg complimenten krijg.
Die eerste week werkte ik van dinsdagochtend tot donderdagavond aan één stuk door. Die donderdagavond was de eerste avond dat ik even kon relaxen, vervolgens werkte ik de hele vrijdag weer verder en maakte ik het overgebleven werk nota bene in het weekend nog eens af. Wat was het effect? Ze konden er nu niet meer om heen. Ze moesten wel complimenten geven. En dat deden ze ook. Overvloedig. Ze waren blij met me en ik was blij met hen. Daarnaast gaven ze ook feedback en verbeterpunten. Voor het eerst kon ik er goed naar luisteren en kon ik er ineens veel meer mee dan voorheen. De volgende week ging ik veel relaxter aan de slag en ik werd, voor mijn gevoel, ook veel relaxter benaderd. Alles leek soepeler te gaan dan voorheen.
Uiteindelijke heb ik de stage prima afgerond, kon ik met alle mensen door één deur en vond ik het zelfs jammer om weg te gaan. Of ik in het begin niet goed luisterde, of dat zij daadwerkelijk verkeerd feedback gaven: daar ga ik me nu niet druk meer om maken. Gewoon gaan. Vol overgave. Heerlijk!
Roelof van der Meer
(@roelofvdmeer op Twitter)